TU Delft Campus living lab voor autonoom rijden

Nieuws - 16 april 2019

Langs de Leeghwaterstraat op de TU Delft Campus worden momenteel masten neergezet die het fiets- en autoverkeer gaan monitoren. Hiermee verandert dit deel van de campus in een living lab voor onderzoek naar het gedrag van fietsers en autonoom rijden, vertelt wetenschapper Winnie Daamen van de afdeling Transport en Planning van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG).

De masten worden uitgerust met onder meer camera’s, radarsensoren en wifi-trackers, die gaan vastleggen hoe fietsers zich gedragen. “Met de data kunnen we in kaart brengen hoe individuele fietsers met elkaar interacteren: wanneer ze naast elkaar rijden, wanneer achter elkaar, hoe ze op elkaar reageren, hoe ze zich bij kruispunten gedragen”, zegt Daamen.

Doel is om modellen voor fietsgedrag te maken, die kunnen worden gebruikt bij het verbeteren van ontwerpen voor fietspaden, kruispunten of andere infrastructuur.

Fietsstromen op TU Delft Campus
De Leeghwaterstraat is een zogeheten fietsstraat, waar auto’s ‘te gast’ zijn. “Over zulke straten is nog heel weinig bekend”, vertelt Daamen. “Het is daarom handig om een permanente opstelling te hebben waarbij we kunnen waarnemen hoe fietsers omgaan met hun omgeving.” De data over het gedragspatroon van fietsers kan ook worden gebruikt om de stroom van fietsers over de campus te verbeteren. “De TU Delft heeft de Leeghwaterstraat aantrekkelijker gemaakt, en de verwachting is dat fietsers er meer gebruik van gaan maken en deze straat onder bepaalde omstandigheden zullen verkiezen boven de drukke Jaffalaan.”

Het eerste experiment gaat eind april van start. Dit stukje campus verandert hiermee in een living lab, waarbij fietsers voor belangrijke onderzoeksdata zorgen. Uiteraard is goed nagedacht over de privacy: de meetopstelling is goedgekeurd door de ethische commissie van de TU Delft en bij de ingangen van de straat staan borden met informatie over het experiment dat op dat moment actief is. Alle data wordt anoniem verwerkt. Wie niet wil meedoen, kan uiteraard een andere route kiezen.

Zelfrijdende auto’s
Later dit jaar zullen ook autonome auto’s testen gaan uitvoeren op de Leeghwaterstraat. Onderzocht zal worden hoe fietsers, voetgangers en andere automobilisten zich gedragen rond zelfrijdende auto’s. “We vermoeden dat ze verschillend reageren”, zegt Daamen. “Sommige fietsers zullen wat terughoudend zijn, terwijl een enkele durfal er juist vlak voor zal gaan rijden om te kijken hoe ze reageren.” Uiteraard heeft de veiligheid prioriteit. Er zal daarom altijd een steward meekijken die eventueel kan ingrijpen.

Op termijn zijn er plannen om een autonome bus te laten proefrijden in de Leeghwaterstraat. Daarnaast lopen gesprekken met autofabrikanten om hun voertuigen te testen op de TU Delft Campus. Nu kan dat al op The Green Village, maar een permanente opstelling met camera’s zoals in de Leeghwaterstraat heeft als voordeel dat je een veel beter overzicht hebt van wat er buiten het voertuig gebeurt en hoe de interactie met de overige verkeersdeelnemers eruit ziet. 

Urban Mobility Observatory
De bedoeling is dat nog meer delen van de TU Delft Campus worden ingericht als testlocatie voor het waarnemen van mobiliteit, verkeer en vervoer, waaronder autonoom rijden. Op het zuidelijk deel van de campus moet bijvoorbeeld een autonome shuttlebus gaan rijden. Hiervoor wordt samengewerkt met de MRDH (Metropoolregio Rotterdam Den Haag). Voor de aanleg van de verschillende testlocaties werkt de TU Delft samen met zeven andere partners in het programma Urban Mobility Observatory (UMO). De NWO financiert dit programma met bijna 2 miljoen euro. Behalve in Delft, wordt nog in ten minste vijf regio’s een onderzoeksterrein ontwikkeld, die allemaal anders van opzet zijn. Dat maakt baanbrekend wetenschappelijk onderzoek op het gebied van verkeer, vervoer en mobiliteit mogelijk.

Researchlab Automated Driving Delft
Het onderzoek naar autonoom rijden op de Leeghwaterstraat is onderdeel van het fieldlab RADD (Researchlab Automated Driving Delft), dat eveneens op de TU Delft Campus is gevestigd. Dit fieldlab werkt nauw samen met bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden aan de ontwikkeling van autonoom rijden. Vanuit de TU Delft zijn behalve CiTG ook de faculteiten TBM, IO en EWI betrokken.

Recent is ook een nieuw fieldlab voor autonoom varen geopend: RAS (Researchlab Autonomous Shipping). Daamen verwacht daarmee ook te gaan samenwerken. “Er zijn overeenkomsten tussen autonome auto’s en autonome vaartuigen. Ze gebruiken bijvoorbeeld dezelfde sensoren als het gaat om de communicatie tussen het voertuig en de control room. Dat zijn zaken waarbij wij kunnen samenwerken.”

Toekomst
Autonome auto’s ontwikkelen zich heel snel, maar de uitdaging zit hem volgens Daamen in de interactie met de overige, menselijke verkeersdeelnemers. “We zitten nu in een transitiefase met zowel mens als machine. Dat is echt het lastigste.” De uitdaging is hoe autonome auto’s omgaan met de input van buiten, terwijl de veiligheid wordt gewaarborgd. “Hoe anticipeer je daarop? Maar ook: hoe accepteren mensen autonome voertuigen? Wat zijn de juridische en ethische gevolgen van autonoom rijden? Dat zijn hele complexe kwesties en het zal nog wel even duren voordat we daarvoor een robuuste technologie hebben ontwikkeld.”

Met de data kunnen we in kaart brengen hoe individuele fietsers met elkaar interacteren