Impactstudie toont Noord/Zuidlijn aan als ‘ruggengraat’ van OV-netwerk in Amsterdam

Nieuws - 13 december 2021 - Webredactie Communication

Het vierjarig onderzoek van o.a. de TU Delft en AMS Institute naar de vervoerkundige, ruimtelijke en economische effecten van de Noord/Zuidlijn is afgerond en recent gepresenteerd aan de regioraad en gemeenteraad van Amsterdam.

Een van de belangrijkste conclusies is dat de nieuwe metrolijn zoals bedoeld de ‘ruggengraat’ van het OV-netwerk is geworden. De nieuwe metrolijn en de aanpassing van het OV-netwerk hebben de grote reizigersgroei van voor corona kunnen opvangen. Tegelijk is de bovengrondse openbare ruimte verbeterd. Er zijn minder voertuigen gekomen en bussen en trams zijn niet drukker geworden. De reistijd is voor 85-90% van de reizigers verbeterd of gelijk gebleven. Alle reizigers die gebruik maken van het GVB-netwerk zijn per werkdag in totaal 7.500 uur korter onderweg. Voor de hele regio gaat het in totaal om ruim twee miljoen uur reistijdwinst per jaar. Daarnaast wordt de nieuwe metrolijn ook goed gewaardeerd door de reizigers. De Noord/Zuidlijn krijgt met een 8,5 een extra hoge waardering. 

Stephan van Dijk, Directeur Innovatie bij AMS Institute: “Het realiseren van een nieuwe OV-ruggengraat is een immense opgave voor een stad. Het is dan ook mooi om te zien dat de implementatie van de Noord/Zuidlijn de beoogde positieve impact heeft op het dagelijks leven van reizigers in de stad, zowel op het gebied van toegankelijkheid, reistijd en de beleving van de bovengrondse openbare ruimte rond de nieuwe metrostations”.

Multi-universitaire aanpak

Het onderzoek van o.a. de TU Delft en AMS Institute richtte zich specifiek op de vraag wat de impact is van de Noord/Zuidlijn op het totale openbaar vervoernetwerk. Het gehele onderzoek werd uitgevoerd in samenwerking met de UvA, VU en CWI (Centrum Wiskunde & Informatica) in opdracht van de gemeente Amsterdam en de Vervoerregio.

Niels van Oort

Associate professor

Secretariat:
Secr-TP-CITG@tudelft.nl

Niels van Oort, projectleider van de studie namens de TU Delft, roemt de samenwerking tussen de verschillende universiteiten: "De multi-universitaire aanpak leidde tot een brede kijk op de impact van zo'n grote verandering in de stad. Niet alleen de nieuwe metro, maar het volledige OV-netwerk werd gewijzigd, wat een unieke onderzoeksmogelijkheid bood. Onze bevindingen zijn niet alleen nuttig voor Amsterdam, maar ook voor andere steden wereldwijd die hun openbaar vervoernetwerken willen verbeteren."

Voor het onderzoek hadden de TU Delft onderzoekers Ties Brands en Malvika Dixit toegang tot verschillende soorten data sets. Niet alleen werd er gekeken naar de vervoersbewegingen binnen de Noord/Zuidlijn maar is er ook gekeken naar het gebruik van het OV in de gehele Vervoerregio en het effect op de vervoerswijze van en naar de Noord/Zuidlijn. Belangrijkste databronnen zijn anonieme OV-chipkaartgegevens, automatische voertuiglocatiegegevens (op basis van gps) en enquête resultaten. Ook werd er gebruik gemaakt van bestaande onderzoeken (o.a. OV-klantenbarometer, OViN). Door deze resultaten te koppelen aan de andere gegevensbronnen was het mogelijk om de waarneming van reizigers te vergelijken met de kwaliteit van het OV-netwerk (bijvoorbeeld de reistijd of betrouwbaarheid). 

Aan de slag met inclusieve mobiliteit

Van Oort: "Over het algemeen profiteerden de meeste mensen van de veranderde reistijd en betrouwbaarheid van hun reis. Onze bevindingen gaven echter ook een aanzet voor vervolgonderzoek naar sociale inclusie, gericht op (mobiliteits)kansen voor iedereen in de samenleving."

Er heeft zich nergens een onvoorziene achteruitgang voorgedaan, maar de Vervoerregio gaat met de bevindingen uit de evaluaties aan de slag. Egbert de Vries, voorzitter van de Vervoerregio Amsterdam, zegt hierover: “Hoe succesvol de Noord/Zuidlijn ook is, het is natuurlijk zuur als net jouw buurt er op achteruit is gegaan. Daar hebben we oog voor. Openbaar vervoer is meer dan een bus, tram of metro van A naar B. Openbaar vervoer heeft een sterke sociale functie. De Lijnennetvisie stamt uit 2015. Inmiddels hebben bepaalde zaken zoals inclusiviteit een hogere prioriteit gekregen en is ons denken over de functie van het openbaar vervoer, mede ook door de coronapandemie, veranderd. Dat maakt dat we bepaalde punten wel willen aanpakken. Daar wordt al hard aan gewerkt.’’

Meer lezen over de uitkomsten van de impactstudie naar de Noord/Zuidlijn van TU Delft?  Zie: http://smartptlab.tudelft.nl/projects/amsterdam-noord-zuid-lijn