Lisette van der Sar

Ik deed mijn afstudeerproject bij de afdelingen pathologie en hoofd-halschirurgie van het Erasmus MC. Daar zijn ze bezig met de ontwikkeling van MarginGuide, een apparaat dat de resectiemarge, de afstand tussen de tumor en het snijvlak, in mondholte-kanker meet. Dit zegt iets over de kans dat een tumor terugkomt. De huidige methodes hiervoor zijn te subjectief, dus is er de afgelopen jaren veel onderzoek gedaan hoe we die marges intra-operatief beter kunnen bepalen. Met MarginGuide hopen we de resectiemarges tijdens operaties te verbeteren. De bedoeling is om het apparaat binnen een aantal jaren op de markt te krijgen.  Als afstudeerproject heb ik een strategie uitgestippeld en deels uitgevoerd om CE-markering voor het apparaat te verkrijgen. Ik onderzocht onder andere welke methodes er nu zijn voor het bepalen van resectiemarges en wat hun beperkingen zijn. Een nieuw apparaat moet wel voordelen voor de patiënt hebben. Uit dit onderzoek bleek dat de huidige methoden niet goed genoeg zijn en dat er geen apparaten op de markt zijn die vergelijkbaar zijn met MarginGuide. Er zijn wel apparaten die resectiemarges meten in borstkanker, maar niet in hoofd-halskanker. Dat betekent dat we geen data uit eerdere studies konden gebruiken, maar zelf uitgebreide studies moesten ontwerpen om aan te tonen dat MarginGuideveilig is en doet wat het moet doen.

Heeft Covid-19 je afstuderen beïnvloed?
Ik vond het heel erg jammer dat ik zoveel thuis moest zijn. Ik had vorig jaar een korte stage gedaan op deze afdeling en dit afstudeerproject gekozen omdat niet alleen het project, maar ook de locatie en de mensen me zo aanspraken, maar nu kon ik er niet heen. Het contact met collega’s werkt normaal heel motiverend, dat heb ik erg gemist.

Waarom Klinische Technologie?
Op de middelbare school vond ik heel veel leuk, van Grieks tot wiskunde, dat maakte de studiekeuze lastig. Een hele technische opleiding zag ik niet zitten, maar arts worden ook niet. KT zat er precies tussenin. Met deze opleiding krijg je een unieke kijk op hoe de medische wereld in elkaar zit. Dat kan heel belangrijk zijn voor onder meer het ontwerpen van nieuwe medische apparatuur.

Wat zijn de typische kwaliteiten van een klinisch technoloog?
Je moet communicatief zijn. Dat houdt in dat je goed met zowel artsen als techneuten moet kunnen praten. Je moet ook goed kunnen luisteren naar wat alle partijen te zeggen hebben en open staan voor hun ideeën en inzichten.

Hoe ging de samenwerking tussen LDE tijdens de opleiding?
Door de samenwerking met de ziekenhuizen kun je veel kennis en vaardigheden opdoen en de expertise van alle partijen meekrijgen. Een nadeel was wel dat je van veel mensen college krijgt, waardoor de inhoud soms niet goed op elkaar aansluit. Je wilt het liefst een geïntegreerd college, waarin de medische en technische aspecten gecombineerd worden, maar dat is in de praktijk lastig te organiseren. Dan moet je zelf die connectie leggen. We hadden één vak waarvan de coördinator zelf een Klinisch Technoloog was, daar ging dat wel heel goed. 

Wat zijn je plannen?
Er is een kans dat ik verder kan bij mijn huidige project, maar dat is nog niet zeker. Anders ga ik misschien op zoek naar een functie in het bedrijfsleven. Je wordt ook opgeleid in het contact met patiënten en ik dacht lang dat ik graag met patiënten zou willen werken, maar nu twijfel ik of dat zo is. Eigenlijk ligt alles dus nog open. De huidige crisis  houd me ook een beetje tegen om te solliciteren.

Wat was een bijzonder ervaring?
Ik vond de snijzaal altijd erg interessant, dat was een hele leerzame ervaring. Daar liggen onderdelen van menselijke lichamen en krijg je uitleg van anatomen, over de anatomie en over afwijkingen en ziektebeelden. Dat maakt veel indruk en daardoor onthoud je het ook goed.

Wat wil je de volgende lichting KT’ers meegeven?  
Geniet van je tijd als student, je kunt heel veel zien en leren en krijgt unieke kansen.