Tijmen

Wat was het onderwerp van jouw eindproject?
Wij hadden als groep de opdracht gekregen een alternatief schoudergewricht te ontwikkelen voor een exoskelet die patiënten met de ziekte van Duchenne ondersteunt.

 

Wat heb je onderzocht en waarom?
Mensen met de ziekte van Duchenne verliezen naarmate ze ouder worden spiermassa, waardoor ze dagelijkse handelingen niet meer zelfstandig kunnen uitvoeren. Aan ons was de opdracht een gewricht te ontwikkelen dat zowel goed was aan te sturen met actuatoren (passief en actief) als de nodige range of motion (bewegingsbereik) had voor het uitvoeren van de dagelijkse bezigheden.

Welke kennis en vaardigheden uit de bachelor kon je gebruiken?
De vaardigheden die ik uit mijn bachelor kon gebruiken waren: het programmeren van een grafische weergave van de benodigde range of motion, het modelleren van verschillende gewrichtsopties in SolidWorks, mechanica om de benodigde krachten, sterktes en bewegingen uit te rekenen voor het gewricht en een stukje technisch inzicht wat je in de loop van de studie opbouwt om alles te kunnen realiseren tot een werkend prototype.

Wat vond je leuk, en wat waren de uitdagingen?
Wat ik leuk vond aan deze opdracht is dat het een maatschappelijke waarde had. Het is mooi om te zien dat werktuigbouwkunde ook kan worden toegepast in de medische wereld en zeker om te zien dat het voor het helpen van invalide patiënten kan worden gebruikt. Verder vonden wij het als groep ook leuk, dat we een aantal werkende prototypes hadden, waarmee we daadwerkelijk testen konden uitvoeren.

De uitdaging zat hem in de opdracht zelf. De schouder is een van de meest ingewikkelde gewrichten in ons lichaam, omdat dit het gewricht is met de meeste vrijheidsgraden (zowel translaties als rotaties) en mobiliteit in ons lichaam. Het is daarom ontzettend ingewikkeld een kunstmatig gewricht te ontwikkelen die zowel al deze vrijheidsgraden kan nabootsen alsook nog geactueerd kan worden in deze vrijheidsgraden. Wij hebben afwegingen moeten maken aan de hand van testen en wetenschappelijke onderzoeken om erachter te komen welke vrijheidsgraden minder belangrijk waren en zo hebben we 3 verschillende prototypes gescoord op geschiktheid.

Hoe nu verder?
Wij werkten samen met een bedrijf dat al een eerste versie van een exoskelet aan het ontwikkelen was. Zij wisten dat er sowieso problemen waren met het schoudergewricht en dat er in de toekomst een verbeterde versie moest worden ontwikkeld. Ons project draagt bij aan de besluitvorming voor een nieuw schoudergewricht in de vernieuwde versie van het exoskelet.