Mirthe Otter

In de zesde klas twijfelde ik niet over wat ik wilde studeren, ik wilde namelijk architect worden. Ik ben toen bij de drie technische universiteiten in Nederland gaan kijken, Twente, Eindhoven en als laatste bij Delft. Ik was opzoek naar de opleiding bouwkunde, maar had me voor de zekerheid daarnaast ook georiënteerd op andere studies die me wel interessant leken. Maar over de hele technische studies, zoals Electrical Engineering, had ik het vooroordeel dat ze te moeilijk voor mij zouden zijn. Ik was op de middelbare school wel goed in wiskunde, maar haalde zeker niet alleen maar negens en tienen.

Toen ik eenmaal was begonnen met bouwkunde studeren bleek ik de wiskundige uitdaging toch wel heel erg te missen in die studie. Intussen was ik helemaal verliefd geworden op Delft. Delft is namelijk een hele gezellige studenten stad en ik had er al snel veel vrienden gemaakt. Daarom besloot ik te gaan oriënteren bij de andere opleidingen in Delft. Ik zocht naar een uitdagende studie met een combinatie tussen wis- en natuurkunde. Wat mij aansprak in Electrical Engineering is dat wiskunde eigenlijk de taal is die je spreekt, verder leer je specifiek de natuurkunde die van toepassing is op dit vakgebied.

Voorafgaand aan de meeloopdag vroeg ik me af of ik op achterstand zou beginnen. Ik had me hier voorheen namelijk niet in geïnteresseerd en had al helemaal niet zelf thuis geknutseld aan wat projectjes. Gelukkig werd me verteld dat ze eerst de basis van de middelbare school herhalen en daarna pas beginnen met de nieuwe stof. Na mijn meeloopdag was ik enorm enthousiast en dat ben ik na drie kwart jaar studeren nog steeds!

Ik vind Electrical Engineering een hele leuke, uitdagende studie, omdat ik ieder probleem als een puzzel zie die ik mag oplossen. Eerst breid je je wiskundige en elektrotechnische kennis uit met de basisvakken 'Lineaire Algebra' en 'Linear Circuits'. Vervolgens begin je ook aan je eerste project 'Booming Bass'. In dit project kun je gelijk toepassen wat je bij de theoretische vakken hebt geleerd. Samen met een groep studenten ontwerp je een versterker, die je ook zelf in elkaar mag zetten. Tijdens het bijbehorende symposium wordt hij getest en kun je luisteren naar wat je medestudenten in elkaar hebben gezet. Ook wanneer je een kwartaal geen project hebt sta je alsnog gemiddeld 8 uur per week in de practicumzaal, waar je bijvoorbeeld eerst leert hoe je moet solderen en hoe je met alle meetinstrumenten moet omgaan. Zelf vind ik dat een fijne afwisseling en het helpt mij erg bij het begrijpen van de theorie. Ik heb ervaren dat ook wanneer je nog nooit geprogrammeerd of gesoldeerd hebt, dat dan de studie nog steeds haalbaar is. In het vak 'Digital Systems' heb ik bijvoorbeeld wel wat meer tijd moeten steken dan mijn medestudenten die al meerdere programma's hadden geschreven, maar die inzet wordt beloond. Ik heb namelijk een heleboel nieuwe dingen geleerd en dat vind ik super gaaf.

Mijn doorzettingsvermogen wordt enorm beloond. Ik had twee jaar geleden niet verwacht dat ik nu elektronische schakelingen kan doorrekenen, ik de basis van enkele programmeer talen beheers en mijn groep en ik een speaker hebben gemaakt waar geluid uit komt! Ik ben super blij in met mijn keuze en ik ben benieuwd waar het mij gaat brengen.