De wateroverlast in Limburg in 2021 toonde maar weer eens dat we ondanks alle maatregelen ook in Nederland kwetsbaar zijn voor overstromingen. Hoogleraar Integrale Waterbouwkunde Bas Jonkman brengt in binnen- en buitenland overstromingsrisico’s in beeld om vervolgens passende maatregelen te bedenken. Waar oplossingen voorheen vooral vanuit de techniek kwamen, wordt nu meer geluisterd naar mens en natuur.

Als deltaland zijn we in Nederland beroemd en berucht om onze waterkennis. Door de eeuwen heen hebben we ons met innovatieve oplossingen, zoals de Deltawerken, beschermd tegen het oprukkende water. Deze kennis zetten we inmiddels wereldwijd in. Hoogleraar Integrale Waterbouwkunde Bas Jonkman bestudeert overstromingsrisico’s in onder andere deltagebieden, regio’s waar rivieren uitmonden in zee. Behalve in Nederland vind je deze ook in onder andere Bangladesh, Indonesië, China, Mozambique en de Verenigde Staten. Jonkman: ‘Door invloeden van de zee en rivieren zijn deze gebieden erg kwetsbaar voor overstromingen. Daarnaast is het natuurlijke systeem in een deltaregio heel dynamisch. Dat maakt zo’n gebied erg complex, maar vanuit wetenschappelijk oogpunt ook enorm interessant.’

Factoren voor overstromingsrisico

Bij het bepalen van een overstromingsrisico spelen zowel de kans op een overstroming als de gevolgen een rol, zegt Jonkman. ‘Bij de kans kijk je naar natuurlijke factoren, zoals zeespiegelstijging, stormvloeden en regenval, en de beschermingsmaatregelen en faalkansen hiervan. Hierbij gaat het om bijvoorbeeld levensduur en onderhoud. Bij de gevolgen kijk je naar het aantal mensen dat ergens leeft en de industrie en bedrijvigheid. Bevolkingsgroei en economische ontwikkeling spelen een steeds grotere rol bij een overstromingsrisico, vaak meer nog dan natuurlijke factoren. Sommige steden zijn in een halve eeuw verdubbeld qua inwoners en in veelvoud gestegen in economische waarde. Hierdoor is de impact van een overstroming sterk toegenomen.’

We moeten op zoek naar betere en snellere waarschuwingssystemen. Elke seconde telt.

Wetenschappelijke ramptoerist

Doel van het nauwkeurig inschatten van risico’s is om passende maatregelen te kunnen nemen die schade voor de samenleving en economie zoveel mogelijk voorkomen en beperken. Voor zijn onderzoek bezoekt Jonkman over de hele wereld plekken waar zich even daarvoor een natuurramp heeft voltrokken, zoals de tsunami in Azië, orkaan Katrina in New Orleans en de overstromingen in Limburg. ‘Ik noem mezelf weleens een wetenschappelijk ramptoerist. Het eerste wat ik doe als ik ergens kom, is achterhalen wat er is gebeurd, wat de oorzaken zijn, welke bescherming er was en welke schade er is aangericht. Hierbij werken we vanuit de TU Delft samen met vele partners, zoals andere universiteiten, overheden, bedrijven en inwoners van de gebieden.’

De natuur als uitgangspunt

Zodra de risico’s goed in beeld zijn, gaat Jonkman op zoek naar oplossingen. Dat zijn – in tegenstelling tot vroeger – niet meer alleen ‘harde’ technische oplossingen, zoals dijken en dammen. Jonkman: ‘Bij de TU Delft denken we nu ook meer vanuit het natuurlijke systeem, oftewel nature based solutions. Hoe richten we een gebied zo in dat we de natuur zoveel mogelijk z’n gang laten gaan en tegelijkertijd voldoende beschermd zijn. Dat kan bijvoorbeeld door een bufferzone voor een kust in te richten, zodat golven beter afbreken voor ze aan land komen. Met nature based solutions voorkom je dat ecosystemen ontregeld raken. Dat accepteert de maatschappij vandaag de dag niet meer. Een oplossing als de Afsluitdijk, waarbij de zoute Zuiderzee veranderde in een zoetwatermeer, zou er vandaag de dag niet meer doorheen komen, verwacht ik.’

‘Harde’ oplossingen blijven noodzakelijk

Toch blijven ‘harde’ oplossingen volgens Jonkman onontkoombaar. ‘Zeker wanneer ergens weinig ruimte is of bij hele extreme hydraulische belastingen. Daarom zijn bijvoorbeeld stormvloedkeringen nog altijd een belangrijk onderwerp voor ons. Dit zijn keringen die normaal openstaan voor scheepvaart, waterstroming en natuur en bij stormvloed worden gesloten. Denk aan de Maeslantkering en Oosterscheldekering. Hier zijn er nu nog maar een paar van in de wereld, maar er komen er steeds meer. We ontwikkelen nieuwe keringsconcepten en materialen die we zowel in deltaplannen hier als in de rest van de wereld kunnen gebruiken. Uiteraard met oog voor de natuur. Dat betekent onder meer rekening houden met het zo min mogelijk blokkeren van de uitstroom naar zee.’

Een oplossing als de Afsluitdijk, waarbij de zoute Zuiderzee veranderde in een zoetwatermeer, zou er vandaag de dag niet meer doorheen komen, verwacht ik.

Betrekken van inwoners

Bij het beschermen van kwetsbare regio’s is het belangrijk goed te luisteren naar de inwoners, benadrukt Jonkman. Dat ervaarde hij van dichtbij in Limburg. ‘Een jaar na de overstromingen ligt er nog geen volledig uitgewerkt plan om een volgende ramp te voorkomen. Dat zorgt lokaal voor veel onvrede en angst. We zijn daarom in gesprek met bewoners om de vragen en behoeften in beeld te brengen. Op basis hiervan zoeken we naar oplossingen waar de overheid mee aan de slag kan. ‘Ook bij de keuze voor oplossingen kun je omwonenden betrekken’, zegt Jonkman. Een mooi voorbeeld hiervan is Houston, Texas. ‘Daar was eerst het idee om een tien meter hoge zeedijk te bouwen. Maar dat stuitte op veel weerstand van bewoners langs de kust. Zij zagen hun uitzicht en toegang tot het strand verdwijnen. Samen kwamen we tot de oplossing van een lagere bredere constructie met daaroverheen een duin.’

Vroegtijdige waarschuwingssystemen

Onder beschermingsmaatregelen vallen ook early warning systems (waarschuwingssystemen). Die systemen zijn er al wel, maar waarschuwen lang niet altijd op tijd, zegt Jonkman. Dat heeft volgens hem in Duitsland en België vorig jaar onnodig veel levens gekost. ‘Probleem zijn de vele tussenstations. Het meetsysteem van de waterbeheerder geeft eerst een signaal aan de hydroloog. Die checkt of alle informatie klopt en belt met de veiligheidsregio. Die moet vervolgens inschatten of inwoners gewaarschuwd moeten worden. Zo ja, dan moet er nog een bericht opgesteld en verstuurd worden, vaak per sms of Twitter. Voor je het weet ben je uren verder, terwijl elke seconde telt. Tegelijkertijd wil je ook niet onnodig paniek zaaien. We moeten dus op zoek naar betere en snellere waarschuwingssystemen.’

Slimme technologie inzetten

Het inzetten van innovatieve technologie kan hierbij uitkomst bieden, denkt Jonkman. ‘Met machine learning en kunstmatige intelligentie kun je real time data heel snel combineren. Denk aan data van actuele rivierwaterstanden, rivierstromingen en de weersverwachting. Als je deze koppelt aan informatie over de risico’s en kwetsbaarheden van een gebied weet je meteen welke knelpunten er zijn en waar en wanneer je moet ingrijpen. Hierbij is het wel belangrijk om per gebied een goed evacuatieplan te hebben. Ook moet bij een snel afstromende en grensoverschrijdende rivier als de Geul nauw worden samengewerkt met buitenlandse partners. Als je alleen kijkt naar actuele waterstanden in Nederland, ben je te laat.’

Meerlaagse veiligheid

De combinatie van natuurlijke en technische ingrepen, maatschappelijke weerbaarheid en goede early warning-systemen zorgt uiteindelijk voor meerlaagse veiligheid, zegt Jonkman. ‘We kunnen niet meer op één paard wedden of denken dat de overheid onze voeten wel even droog houdt. De rol van de wetenschap, bedrijven en burgers wordt steeds groter. Vanuit de TU Delft proberen we hierop in te spelen met Flood proof Holland. In deze proeftuin onderzoeken we kleinschalige oplossingen, zoals een tijdelijke waterkering voor een gebouw. Zo’n oplossing kun je meteen inzetten, bijvoorbeeld in Valkenburg aan de Geul. Grote ingrepen hebben veel meer tijd nodig.’

Elke keer een nieuwe puzzel

Jonkman ziet elk vraagstuk weer als een nieuwe puzzel die gelegd moet worden. ‘Elke deltaregio is uniek. Het is niet zo dat we de oplossing voor het ene gebied even kopiëren naar het andere. Wel zijn er natuurlijk bepaalde concepten die je op een andere plek in de lokale context kunt toepassen. Denk aan de Zandmotor. Het idee om met zandsuppletie de kust te versterken kan natuurlijk op meerdere plekken werken. Maar een blauwdruk bestaat niet. Dat vind ik juist zo uitdagend. Telkens opnieuw uitzoeken hoe het landschap en watersysteem in elkaar zitten, waar mensen wonen en welke oplossingen het beste werken en haalbaar zijn qua kosten. Dat houdt me fris en scherp.’

Gepubliceerd: september 2022