“Alles draait om voedsel.” Toen Adrianna Karnaszewska werd gevraagd om metropool Londen onder de loep te nemen, zag ze een mogelijkheid om onbestemde ruimtes dicht bij treinsporen te transformeren in ‘foodscapes’. Zij creëerde een netwerk van multifunctionele hubs en productielocaties die samen een stedelijke voedselvoorzieningsketen vormen die de productie van voedsel dichter bij de mensen brengt. Met haar afstudeerproject werd Adrianna verkozen tot een van de vier winnaars van de Circularity in the Built Environment Graduation Award 2021-2022.

Tijdens het bestuderen van de vele materiële en immateriële stromen in Londen, realiseerde Adrianna zich in hoeverre de productie, verwerking en consumptie van voedsel de kern vormt van het leven in de stad. “Eten bepaalt niet alleen je dagritme, het verbindt het metabolisme van het lichaam, de stad, het land en zelfs de wereld.” Inzoomend op de stad zag ze dat er veel stukken grond waren, in allerlei vormen en maten, die als gevolg van hun onhandige ligging naast of ingesloten door spoorweginfrastructuur niet volledig worden benut. “Door concepten voor commerciële verticale landbouw te combineren met stadslandbouw die meer op de gemeenschap is gericht, zouden deze braakliggende terreinen kunnen worden getransformeerd in onderdelen van een stedelijk voedselnetwerk. In zo’n netwerk gaan lokale productie en consumptie gepaard met de mogelijkheid om inwoners bewuster te maken van de voedselproductie.”

Lokale behoeften

Adrianna stelt zich verschillende voedselhubs verspreid over Londen voor waarin verschillende producten worden verbouwd die door de hele stad kunnen worden uitgewisseld. In feite is er al een efficiënt transportsysteem voorhanden, zegt ze. “Het spoor kan ’s nachts, wanneer er weinig treinverkeer is, worden gebruikt om goederen van de ene hub naar de andere te vervoeren.” Een voedselhub kan worden geïntegreerd in of gekoppeld aan lokale voorzieningen, zoals een universiteitscomplex dat behoefte heeft aan horecafaciliteiten en voedselonderzoekslaboratoria of supermarkten die verse, lokale producten willen verkopen. Maar zelfs een waterzuiveringsinstallatie of een textielfabriek zouden hier goed bij kunnen passen.” Elke hub moet ook een aparte maatschappelijke functie krijgen afhankelijk van de kenmerken en behoeften van een wijk. “In wijken met bijvoorbeeld een hoge werkloosheid kunnen inwoners aan de slag als stadslandbouwers.”

De hub die ze ontwierp is gericht op beter onderwijs. “Obesitas en ondervoeding vormen een groot probleem onder kinderen in sociaal achtergestelde gebieden. In deze hub zien kinderen als onderdeel van hun onderwijsprogramma hoe allerlei soorten voedingsmiddelen worden verbouwd. Ze kunnen hun eigen fruit, groenten en kruiden telen en oogsten, waarbij ze deze als bron van lekker eten leren waarderen. Ik geloof dat je echt een verschil kunt maken door kinderen hier al op jonge leeftijd bewust van te maken en ze goede gewoontes aan te leren.”

Voedselverspilling

Een van de kritieke vraagstukken in de stedelijke voedselketen die Adrianna in haar masterscriptie en voorbeeldontwerp voor een voedselhub aanpakt, is de extreme voedselverspilling. “Ongeveer een derde van al het wereldwijd geproduceerde voedsel wordt weggegooid, wat leidt tot de onnodige uitstoot van broeikasgassen en verspilde hulpbronnen zoals water, energie, land en arbeid.” Gebrek aan bewustzijn is een deel van de oorzaak. “De meeste inwoners van steden hebben geen idee waar hun eten vandaan komt of hoe de industrie de vorm, smaak en voedingswaarde ervan bepaalt. Ik ben ervan overtuigd dat wanneer je de voedselproductiefaciliteiten naar de stad haalt – dicht bij de winkels, restaurants en gemeenschappen die de producten gebruiken, verkopen, consumeren of zelfs helpen verbouwen – je hiermee de vooroordelen over hoe goed voedsel eruit hoort te zien wegneemt. Zo wordt het voor mensen duidelijker dat het echt een vergissing is om voedingsmiddelen weg te gooien die er niet perfect uitzien en dat het niet nodig is om voedsel van over de hele wereld naar hier te halen.” 

De verticale landbouw zoals Adrianna die voor ogen heeft, heeft als voordeel dat er bijna geen afval mee wordt geproduceerd. Met de toegepaste schone technologie worden grondstoffen bespaard en wordt voedsel alleen op aanvraag geproduceerd. Daarnaast kunnen etensresten van restaurants, universiteitskantines, markten, kantoren of huishoudens in de omgeving worden verwerkt tot biomassa in anaerobe gistingsinstallaties, die deze etensresten omzetten in energie. “Bovendien heb ik zonnepanelen en zonnedakpannen opgenomen om nog meer schone energie op te wekken om gewassen mee te verbouwen.” In principe wordt de energiebehoefte tot een minimum beperkt door de gewassen af te stemmen op de productielocaties die de beste omstandigheden bieden wat betreft energiebesparing en hoeveelheid licht. “Alle afvalstromen worden beschouwd als potentiële hulpbronnen. In mijn ontwerp profiteren nabijgelegen woningen van het overschot aan warmte dat door de productiefaciliteiten wordt gegenereerd. Het idee is om zoveel mogelijk technologische en programmatische wisselwerkingen te creëren.”

Meer informatie

De volledige afstudeerscriptie is beschikbaar via onderstaande link:

Adrianna Karnaszewska werd begeleid door Roberto Cavallo, Freek Speksnijder en Alper S. Alkan.

Circularity in the Built Environment Graduation Award

Adrianna Karnaszewska is een van de vier winnaars van de Circularity in the Built Environment Graduation Award 2021-2022. Met haar afstudeerproject werd zij verkozen tot winnaar in de categorie 'Cross-scale'. 

De Circularity in the Built Environment Graduation Award is een jaarlijkse prijsvraag voor studenten van de Faculteit Bouwkunde die zijn afgestudeerd op een onderwerp dat raakt aan circulariteit in de gebouwde omgeving. De prijsvraag wordt toegekend door de Circular Built Environment Hub met als doel het stimuleren van onderzoek en innovatie op het gebied van circulariteit in de gebouwde omgeving

De prijsvraag kent vier categorieën: Materials & Components, Buildings & Neighbourhoods, Cities & Regions en Cross-scale.

Lees ook de verhalen van de andere drie winnaars