Welke vragen stel ik op een open dag aan de Technische Universiteit Delft?

Door deze vraag te stellen krijg je een goed beeld van de universiteit. Stel de vraag aan zowel docenten als aan huidige studenten, zodat je van allebei een goed beeld krijgt. Zo kom je er sneller achter of de TU Delft iets voor jou is.

Je wilt natuurlijk weten hoe het studentenleven is aan de Technische Universiteit Delft. Zijn er bijvoorbeeld sport- en cultuurclubs of studie- en studentenverenigingen waar je lid van kan worden? En zijn er nog andere faciliteiten waar je gebruik van kan maken? Bijvoorbeeld laboratoria, studieruimtes en een bibliotheek.

Heb je te maken met een functiebeperking die van invloed kan zijn op je studie? Of vind je het fijn om vooraf te weten of er genoeg begeleiding is wanneer het even wat minder gaat? Stel dan deze vraag, dan weet je meteen waar je terecht kunt.

Om een goed beeld te krijgen van studeren en het studentenleven is deze vraag heel handig om te stellen. Hoeveel tijd ben je kwijt aan je opleiding en hoeveel tijd is er over voor andere (sociale) dingen?

Heb je ambities om naar het buitenland te gaan? Vraag naar de mogelijkheden!

Ergens studeren waar je je écht thuis voelt is belangrijk. Hoe ervaren studenten de sfeer op de universiteit? En wat vinden zij het leukst/gezelligst of juist minder fijn aan de stad Delft? Past dit bij jou?

Twijfel je tussen één of meerdere studies? Vraag naar de verschillen. Zo kun je op basis van jouw voorkeur misschien al wel een opleiding wegstrepen. Deze vraag kan je het beste stellen aan studenten of docenten die bij de opleidingen betrokken zijn.

Een uitleg over de vakken kan je helpen bepalen of de studie past bij jouw interesses en voldoet aan je verwachtingen. Hoe sluiten de vakken bijvoorbeeld aan bij de vakken die je op de middelbare school hebt gehad? Door deze vraag te stellen wordt de inhoud van de studie al meteen wat duidelijker.

Toetsing kan bestaan uit praktijkopdrachten of juist veel tentamens. Het is goed om te weten wat er van je verwacht wordt en hoe vaak je hiermee te maken krijgt. 

Ben je meer theoretisch of meer praktisch ingesteld? De verhouding tussen theorie en praktijk verschilt per opleiding. Evenals het aantal contacturen. Dat zijn het aantal uren dat je les krijgt, zoals colleges of werkgroepen. De resterende uren besteed je aan zelfstudie. Met deze informatie weet je beter hoe de studie wordt gegeven en wat er van je verwacht wordt vanuit de studie.

Hou je ervan om met mensen samen te werken of werk je liever alleen? Door deze vraag te stellen kan je beter inschatten of de studie bij je past.

Om een beeld te krijgen van het aantal uren dat je in collegezalen of praktijkruimtes doorbrengt geeft deze vraag wat meer inzicht. Is er veel zelfstudie of zit je veel met je studiegenoten in een college? En wat vind je daarvan?

Hoewel je nog moet beginnen aan een studie, is het goed om al een klein beetje inzicht te krijgen in het einde van de studie of wat je daarna nog kan doen.

Met welk diploma en welke vakken word ik toegelaten? En is er een verplichte studiekeuzecheck? Soms komt het ook voor dat je een motivatiebrief moet schrijven, of een toets moet maken voordat je officieel wordt toegelaten. Het is dus handig om dit op tijd te weten. 

Voor sommige opleidingen geldt een numerus fixus. Dit houdt in dat er een maximaal aantal studenten kan starten aan de opleiding. De aanmelddealdine voor deze studies is ook nog eens eerder, namelijk 15 januari al. Goed om in de gaten te houden dus.