Vier nieuwe Delftse KNAW-leden

Nieuws - 30 april 2020 - Webredactie Communication


De KNAW heeft achttien nieuwe leden gekozen, waarvan vier afkomstig van de TU Delft. Leden van de KNAW, vooraanstaande wetenschappers uit alle disciplines, worden gekozen op grond van hun wetenschappelijke prestaties. 

Frans van der Helm (1960)
Hoogleraar biomechatronics & human-machine control
Frans van der Helm slaat met zijn onderzoek een brug tussen biomedische wetenschappen en werktuigbouwkunde. Hij integreert theorieën van neuromusculaire controle door de hersenen en via het ruggenmerg, met zeer geavanceerde spier-skelet-modellen, om inzicht te krijgen in de neurale en biomechanische principes van menselijke bewegingen. De methoden en modellen die hij heeft ontwikkeld blijken breed toepasbaar: van robotica en semi-autonoom rijdende auto’s tot blessurepreventie in sport als gewrichtsimplantaten en chirurgische technologie. Van der Helm is een van de boegbeelden en aanjagers van samenwerking tussen clinici en technici, een veld dat nu sterk in opkomst is. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de oprichting van Medical Delta, waarin vele partijen waaronder academische ziekenhuizen en de TU Delft samenwerken aan technologische oplossingen voor duurzame zorg.

Ibo van de Poel (1966)
Hoogleraar ethiek & technologie
Ibo van de Poel helpt ingenieurs waarden zoals veiligheid, duurzaamheid, privacy, welzijn en rechtvaardigheid in hun ontwerpen te verwerken. Hij heeft het ‘probleem van vele handen’ beschreven: in R&D-netwerken voelt soms niemand zich moreel verantwoordelijk voor het eindproduct, omdat vele mensen losse handelingen verrichten. Van de Poel ontwikkelt strategieën om hiermee om te gaan. Ook kijkt hij naar ethische aspecten van nieuwe technologieën, zoals bio- en nanotechnologie. Conventionele benaderingen van risicomanagement zijn hierop niet direct toepasbaar, omdat de risico’s nog onbekend of onzeker zijn. Van de Poel beschouwt zo’n opkomende technologie als een sociaal experiment: hij probeert voorwaarden te formuleren waaronder zo’n experiment moreel acceptabel is.

Jack Pronk (1963)
Hoogleraar industriële microbiologie
Jack Pronk onderzoekt en modificeert de fysiologie van micro-organismen om ze efficiënter en breder inzetbaar te maken in industriële processen. Hij combineert kwantitatief onderzoek naar de stofwisseling van micro-organismen met genetische modificatie en evolutie in het lab. Ontwikkelen van duurzame processen is een belangrijke drijfveer in Pronks onderzoek. Hij wist bakkersgist zo om te vormen dat het bio-ethanol, een transportbrandstof, kan maken uit suikers in landbouwreststromen. Andere onderzoekslijnen in zijn groep hebben als doel om microben robuuster te maken, en zo industriële processen te intensiveren en daarmee duurzamer te maken. Verschillende van zijn vindingen worden op grote schaal toegepast in de industrie.

Barbara Terhal (1969)
Hoogleraar quantuminformatica
Barbara Terhal is een autoriteit in de quantuminformatietheorie. In 1999 promoveerde ze als allereerste in Nederland op het gebied van quantumrekenen. Daarbij introduceerde ze het concept van ‘entanglement witnesses’, waarmee een verstrengelde quantumtoestand van een niet-verstrengelde toestand kan worden onderscheiden. Dit concept wordt inmiddels op grote schaal toegepast in zowel theorieën als experimenten. Tegenwoordig is Terhal een internationale expert op het gebied van quantumfoutcorrectie, een onderzoeksdomein dat cruciaal is voor het bouwen van betrouwbare quantumcomputers. Haar zoektocht naar foutcorrectie heeft onderweg veel nieuwe inzichten opgeleverd en tot een beter begrip geleid van wat quantumcomputers wel en niet kunnen.