In de decennia na de Koreaanse Oorlog (1950–1953) begonnen in de Zuid-Koreaanse steden hoge flatgebouwen van beton als paddenstoelen uit de grond te schieten. Deze flats worden aan het einde van hun relatief korte levensduur gesloopt en vervangen door nieuwere en grotere flatgebouwen, een bouwpraktijk die niet bepaald duurzaam is. Geïnspireerd door open-source-architectuur en modulaire bouwmethoden, koos masterstudent Yeonghwa Choe voor een nieuwe benadering.

Nog vóór zijn afstuderen werd Yeonghwa Choe aangenomen als architect in Seoul, waarna hij zijn studie in Delft afrondde. Door zijn werk ontwikkelde hij een bijzondere interesse in een type flatgebouw dat in Seoul ‘apatu’ wordt genoemd, een woord dat is afgeleid van het Engelse ‘apartment’.

Gesloopt

Volgens Yeonghwa is de traditionele Koreaanse architectuur gebaseerd op houtbouw maar werd deze traditie aan het einde van de Koreaanse Oorlog, in 1953, verlaten. “Om het woningtekort op basis van modernistische principes aan te pakken werd er begonnen met de bouw van hoge flatgebouwen van beton.” Dit type flats werd alomtegenwoordig. “Inmiddels woont ruim zestig procent van de bevolking in apatu’s.” Na ongeveer dertig jaar worden deze flatgebouwen gesloopt en vervangen door luxere versies. “Dat is de standaardpraktijk, deels omdat opknappen of hergebruik om bouwtechnische redenen niet erg haalbaar is. De technische installaties voor deze gebouwen zijn bijvoorbeeld in het beton verwerkt.” Het bouwafval dat deze flats opleveren, de CO₂-uitstoot die met de bouw en sloop ervan gepaard gaat en het energieverbruik dat ermee gemoeid is, maken duidelijk dat het om een niet-duurzame bouwpraktijk gaat. Bovendien wordt de projectontwikkeling van apatu’s aangedreven door privékapitaal en dient inmiddels eerder financiële dan sociale belangen. “Ik wilde een heel andere benadering ontwikkelen.”

Vouwen en ontvouwen

In plaats van dat een heel gebouw moet worden gesloopt, streeft Yeonghwa ernaar om een flatgebouw gedeeltelijk te ontmantelen en het constructieve betonframe ervan te gebruiken als uitgangspunt voor de renovatie en plaatsing van modulaire appartementen naar eigen ontwerp van de bewoners. Daarbij wordt op een zeer vindingrijke wijze houtbouw toegepast. “Het idee is dat de bewoners met behulp van geautomatiseerde CNC-fabricage multiplex houtdelen voor hun eigen, nieuwe appartement kunnen laten maken.” De bewoners kunnen daarvoor een pas opgezette workshop volgen. De module die uit dit proces voortkomt, wordt als tijdelijk onderkomen gebouwd. “Terwijl de renovatie van het gebouw gaande is, bouwen de bewoners tijdelijke modules op de bovenverdiepingen van de workshop, waar ze dan een aantal maanden in wonen.”

Als de renovatie van de verdieping van het flatgebouw waar ze wonen eenmaal is voltooid, worden de flexibele modules opgevouwen, op efficiënte wijze naar het flatgebouw vervoerd en in het bestaande en opgeknapte flatgebouw ontvouwd. “De bewoners kunnen dan hun intrek menen in hun nieuwe woning.” Onderdeel van de renovatie is een nieuwe, lichtgewicht en zeer transparante ‘huid’ van het materiaal ETFE, waardoor in het gebouw planten kunnen groeien. Het vensterglas van de oude façade wordt gebruikt voor de bouw van een zonneschoorsteen. In het flexibele ontwerp voor de technische installaties in het gebouw wordt afgedankt installatiemateriaal hergebruikt. In zijn toepassing van modulaire bouwdelen sluit Yeonghwa aan op het Open Building-concept van John Habraken. “Ik heb me laten inspireren door open-source-architectuur, waarbij bewoners hun eigen huis kunnen ontwerpen en bouwen.”

Een gemeenschap bouwen

Afgezien van de diverse milieuvoordelen die deze methode vergeleken met de totale sloop en herbouw van een flatgebouw oplevert, benadrukt Yeonghwa nog enkele sociale voordelen. Ten eerste hoeven bewoners niet eerst naar een heel andere plek te verhuizen. En ten tweede kunnen ze invloed uitoefenen op het ontwerp van hun nieuwe woning. “De bewoners passen het ontwerp aan hun eigen voorkeuren aan, waardoor het renovatieproces democratischer wordt. Daarnaast bouwen ze een gemeenschap op.” Als onderzoeker en praktiserend architect verheugt Yeonghwa zich nu op de verwezenlijking van zijn concept. “Ik ben nu bezig met aanvullend onderzoek om deze ideeën verder uit te werken en ik schrijf er een artikel over. We zullen zien wat er daarna gebeurt.”

Dit verhaal is gepubliceerd: maart 2024

Meer informatie

De volledige scriptie is beschikbaar via onderstaande link:

Yeonghwa Choe werd begeleid door Mauro Parravicini, Paddy Tomesen en Pieter Stoutjesdijk. 

Circularity in the Built Environment Graduation Awards

Yeonghwa Choe is een van de vijf winnaars van de Circularity in the Built Environment Graduation Awards 2022-2023. Met zijn afstudeerproject werd hij verkozen tot een van de twee winnaars in de categorie 'Buildings & Neighbourhoods'.

De Circularity in the Built Environment Graduation Awards erkennen de bijdrage die afstudeerders van de Faculteit Bouwkunde leveren aan de transitie naar een circulair gebouwde omgeving. Deze jaarlijkse afstudeerprijzen hebben als doel om onderzoek en innovatie op het gebied van circulariteit in de gebouwde omgeving te stimuleren.

De Circularity in the Built Environment Graduation Awards is een initiatief van de Circular Built Environment Hub van de Faculteit Bouwkunde, TU Delft.

Lees ook de verhalen van de andere vier winnaars.