‘Alleen software is niet genoeg. Er moet een stekker aan zitten.’
Investeringsmaatschappij FORWARD.one is betrokken bij meerdere Delftse spin-off-bedrijven. Oprichter Arjan Göbel is alumnus van de TU Delft (Offshore Engineering) en bouwde met Ampelmann zelf een succesvol bedrijf in de offshore-industrie mede op. Daarna begon hij als investeerder in ‘hightech hardware’ (ook wel deeptech genoemd): radicale innovaties op basis van doorbraaktechnologie. Wat drijft Göbel en waarom investeert hij in startende techbedrijven?
Door Jurjen Slump • 25 Oktober 2023
© Ampelmann
Waarom ben je gaan investeren in deeptech?
“Nog maar zeven jaar geleden, toen we FORWARD.one oprichtten, was er weinig aandacht voor wat we zelf hightech hardware noemen. Investeerders stonden in de rij voor softwarebedrijven zoals Airbnb en Uber. Maar als het gaat om bijvoorbeeld de energietransitie heb je hardware nodig: zonnepanelen, windmolens, batterijen, sensoren. Wij waren de enige investeerder in Nederland die naar dit soort startups keek.”
Om welke technologie gaat het precies?
“Het varieert van chips voor quantumcomputers (Quantware) tot robots die elektrische auto’s opladen (Rocsys) en efficiëntere fermentatietechnologie (DAB). Maar ook climate-tech zoals Qualinx, een spin-off die GPS-chips tot wel tien keer zuiniger maakt. De gemene deler bij al onze investeringen is dat het om hardware gaat. Software alleen is niet genoeg. Er moet een stekker aan zitten. Daarnaast moet het de potentie hebben om echt disruptief te zijn.”
Doe het gewoon! Arjen Göbel moedigt ondernemende studenten aan om een bedrijf te starten © FORWARD.one
De bedrijven die je noemt komen allemaal uit Delft. Is dat toeval?
“Een deel van ons komt uit Delft, dus wat dat betreft is het geen toeval natuurlijk. Maar wat Delftenaren onderscheidt is dat het echte klussers zijn. Neem de Dreamhall, waar studententeams zelf zonneauto’s en waterstofauto’s bouwen. Het zijn aanpakkers en gaan meteen zelf aan de slag. Dat gebeurt vaak vanuit een wat naïeve gedachte, maar heeft grote voordelen. Als je het zelf maakt, is mijn overtuiging, wordt het product ook beter. Die aanpak heeft Ampelmann ook veel gebracht.”
Ampelmann maakt veilige en stabiele loopbruggen voor op volle zee, die worden gebruikt door de offshore industrie. Je hebt dit bedrijf mede uitgebouwd van startup tot florerend bedrijf en daarna verkocht je jouw deel. Wat is de belangrijkst les die je in die jaren hebt geleerd?
“Met stip op de eerste plaats staat executie. Je moet haast hebben. Je moet je product snel op de markt brengen. Je moet jezelf onrealistische deadlines opleggen en die vervolgens halen. Techneuten streven vaak naar perfectie, maar een 7 is al voldoende. Ga de markt op en genereer je eerste inkomsten. Dat is ook de enige manier om feedback van klanten te halen, waarmee je je product kan verbeteren.”
"We hebben uitgebreid gebruik gemaakt van TU Delft's faciliteiten bij de bouw van het eerste prototype."
Jullie trekken vaak samen op met Delft Enterprises. Hoe vind je het dat universiteiten zelf ook in spin-offs investeren?
“Ik vind het een goede zaak, zeker in de vroege fase. De eerste duizenden euro’s, de hulp bij het aanvragen van patenten, de coaching, het is allemaal erg nuttig. Ook is het voor mij een stempel van goedkeuring als ik zie dat een universiteit is betrokken bij een startup. Wel was er de afgelopen jaren soms onduidelijkheid over het aandelenbelang dat universiteiten namen. Maar met de nieuwe dealterms is dat nu een stuk transparanter en meer uniform. Daarnaast vind ik dat je als ondernemer wat mag teruggeven aan de universiteit. Bij Ampelmann hebben we veel gehad aan de TU Delft. We hebben bijvoorbeeld uitgebreid gebruik gemaakt van de faciliteiten bij de bouw van het eerste prototype.”
Hoe kijk je naar het algemene investeringslandschap in Nederland?
“Dat is echt een stuk beter dan zeven jaar geleden. De vroege fase rondom de oprichting van nieuwe bedrijven is nu goed gecoverd. Dat is prettig voor startende ondernemers, maar ook prettig voor ons omdat wij graag samen met anderen investeren om zo risico’s te spreiden. Wat ik wel zie is dat veel bedrijven voor de echt grote investeringsrondes nog naar het buitenland gaan. Het zou goed zijn als daarvoor hier meer aandacht komt. Als we die bedrijven hier weten te houden, dan leidt dat direct ook tot banen die anders bijvoorbeeld naar de VS gaan.”
Wat drijft jou als investeerder?
“Het aanjagen van innovatie! Durfkapitaal leidt tot nieuwe producten die er anders niet zouden zijn. We creëren letterlijk werkgelegenheid. Het is ook onze ambitie om bedrijven langer in Nederland te houden. Daarom werken we aan grotere fondsen, zodat we ook in ondernemingen kunnen investeren die echt hard gaan groeien en veel geld daarvoor nodig hebben. Als we hierdoor goede ondernemers weten aan te trekken en te behouden, dan versterkt dat elkaar. Het vliegwiel aanzwengelen, noem ik dat.”
En persoonlijk?
“Het is ook echt leuk om met innovatie bezig te zijn. Elke ondernemer is ervan overtuigd dat ze binnen tien jaar de wereld gaan veroveren. Iedereen is 100 procent aan het knallen met hun bedrijf. Dat is een heel leuke bubbel om in te zitten. Ik zie die gedrevenheid ook bij de huidige studenten. In mijn tijd wilde iedereen bij Shell werken, nu willen ze allemaal aan de slag bij Van Oord om windmolens op zee te installeren. Ik word daar een positief mens van.”
Wat zou je tegen ondernemende studenten zeggen die overwegen een bedrijf te starten?
“Gewoon doen. Je kunt altijd nog bij een corporate werken, zeker als je in Delft hebt gestudeerd hoef je je geen zorgen te maken over een baan. Als je net bent afgestudeerd heb je nog geen hypotheek of kinderen, en dat maakt het een stuk makkelijker om te starten met ondernemen. Dus doe het gewoon, haal er goede commerciële mensen bij en zorg dat je haast hebt!”
