“Bent u nou een uitvinder of een professor?”

Nieuws - 18 april 2024 - Webredactie ME

Op 17 april vond het jaarlijkse evenement ‘Meet the Professor’ plaats. Met Meet the Professor viert de TU Delft de verjaardag van de stad, samen met Delftse basisscholen. Tijdens dit evenement geven professoren van de TU Delft een gastles op Delftse basisscholen over hun eigen onderzoek. Professors Maarten van der Elst en Paul Breedveld vertegenwoordigden in 2024 de faculteit Mechanical Engineering.


Maarten van der Elst, hoogleraar klinische patiënt veiligheid en efficiency, ging op bezoek bij groep 8 van basisschool “De Bonte Pael”. Dit is de derde keer dat hij meedoet aan Meet the Professor. Hij maakt bewust tijd hiervoor vrij omdat hij dit een belangrijk initiatief vindt. Ten eerste om de jeugd te interesseren voor techniek en voor de zorg. Er is een steeds groter tekort aan goed geschoolde technici en zorgmedewerkers. Ten tweede vindt hij het belangrijk om iets terug te doen voor de stad Delft. En natuurlijk ook omdat het gewoon leuk is om steeds weer verrast te worden door de vragen van de leerlingen. 

De kinderen waren goed voorbereid en wilden alles weten van de professor; wat zijn lievelingseten is, hoe zijn honden heten, voor welke voetbalclub hij is en waarom hij chirurg geworden is? Hij vertelt dat hij, toen hij jong was, een vriendje had die door een verkeersongeluk zwaargewond raakte. Toen heeft van der Elst besloten dat hij chirurg wilde worden (daarvóór wilde hij profvoetballer en brandweerman worden). Nog steeds wil hij graag mensen helpen, om bijvoorbeeld na een ongeluk te zorgen dat zij hun arm weer kunnen gebruiken en zelfstandig kunnen eten.

Van der Elst heeft de kinderen voorbeelden laten zien van hoe techniek een chirurg kan helpen en hoe de mensen en artsen in het ziekenhuis samenwerken met de TU Delft.

“Wat vindt u van met robots werken?” “Dat is leuk om te doen en het is de toekomst”

Leerling van basisschool De Bonte Pael en professor Maarten van der Elst

Delftse ingenieurs hebben allemaal slimme apparaten uitgevonden om artsen of patiënten te helpen. Bijvoorbeeld een slim tangetje dat zo veel kan, dat de arts niet meer zes verschillende tangetjes nodig heeft. Studenten ontwikkelden in slechts een paar weken een handig polslampje waardoor er meer licht valt op de plek onder de handen van de chirurg, waar hij moet opereren. Een ander voorbeeld was een exoskelet dat het dragen van een loodschort tegen Röntgenstraling minder zwaar maakt. Of zelfs een exoskelet waarmee mensen die verlamde benen hebben weer stappen kunnen zetten. 

Van der Elst sluit af met de oproep aan de kinderen om te kiezen voor techniek of de zorg en dat er in de toekomst nog een paar hele grote uitdagingen liggen: duurzaamheid; recycling; minder plastic en minder energieverbruik.

Paul Breedveld, hoogleraar Medical instruments & Bio-Inspired Design, stond dit jaar ook weer vol enthousiasme voor de klas. Hij bezocht groep 7 van het “Max Havelaar Kindcentrum”. Hoe vaak Paul ook voor andere groepen spreekt en lesgeeft, de bezoeken op de basisschool zijn voor hem altijd weer bijzonder. Speciaal voor deze gelegenheid heeft hij ook zijn toga aangetrokken. 

Hij laat de leerlingen tekeningen en ontwerpen zien die hij zelf maakte als kind en als student aan de TU Delft. Toen hij zelf op de basisschool zat, wekte de populariteit van de ruimtevaart destijds zijn interesse in techniek.

Bij de TU Delft realiseerde hij zich dat het menselijk lichaam eigenlijk ook veel mechanische componenten bevat. Hij laat de klas een video zien van een robot met een menselijk uiterlijk. “Is dit een mens of een robot? En zou de binnenkant van de robot kunnen lijken op de binnenkant van een mens?” vraagt hij de leerlingen. 

Door vervolgens ook over de verschillende chirurgische tools te vertellen die hij ontworpen heeft, legt hij het verband tussen techniek en de medische wetenschap uit.

Hij vertelt hoe bijvoorbeeld de legnaald van een sluipwesp of de flexibele tentakels van een octopus de inspiratie vormden voor het ontwerpen van verschillende chirurgische tools. Als Paul moet kiezen, is een specifieke tool met een mechanische slang zijn favoriete instrument, omdat het uniek is op de hele wereld. 

“Maar als u deze dingen bedenkt, bent u dan eigenlijk geen uitvinder? Waarom noemen ze u dan professor?” vraagt een leerling als afsluitende vraag. Samen kwamen ze tot de conclusie dat professors eigenlijk ook uitvinders zijn.