Extreme hitte in Canada en overstromingen in Nederland en meer en meer bosbranden. Het klimaat verandert en het gevaar van meer overstromingen en droogtes ligt op de loer. MSc student Gijs Vis twijfelde geen moment toen hij de kans kreeg om mee te werken aan een uniek internationaal klimaatonderzoek, waarbij wetenschappers uit de hele wereld hun krachten bundelen tijdens een intensieve veldwerkcampagne in Spanje.

Samen met de Universiteit Utrecht en Wageningen University & Research, reisde Gijs met het TU-team af naar het noordoosten van Spanje. Vijftien dagen lang werden er metingen uitgevoerd door hydrologen, klimatologen, meteorologen en ecologen uit de hele wereld. Hun gezamenlijke doel? Het creëren van een unieke dataset om onze klimaatmodellen voor de toekomst te verbeteren.

Hoe is dit onderzoek op je pad gekomen?

Ik wilde heel graag iets met veldwerk doen in mijn master. Na mijn afstuderen zou ik ook graag in het veld staan namelijk en het geeft je natuurlijk de kans om in de praktijk toe te passen wat je tijdens je master in theorie hebt geleerd.

Op de ‘Thesis-markt’ kwam ik het veldwerkproject van Miriam Coenders, één van mijn docenten tegen. Miriam kende ik van mijn werk als student-assistent, dus besloot ik haar gelijk te benaderen. Dit was voor mij een uitgelezen kans om een mooi veldwerkproject te kunnen doen. Vanwege corona was het lang de vraag of het wel zou lukken, maar op het laatste moment mocht ik toch naar Spanje!

Kun je wat meer vertellen over het veldwerkproject?

Ik heb meegedaan aan een grootschalige meetcampagne in Catalonië; de LIAISE (Land surface Interactions with the Atmosphere over the Iberian Semi-arid Environment). Dit is een grote internationale campagne met als overkoepelend doel het begrijpen van de impact van de mensheid op de watercyclus in het gebied. Oorspronkelijk was dit gebied in Catalonië namelijk een woestijn, maar een eeuw geleden is men begonnen met het grootschalig irrigeren van het gebied. Daardoor is het ingrijpend veranderd, sommige stukken land zijn nog steeds kurkdroog, terwijl op andere stukken land ‘waterintensieve agricultuur’ wordt bedreven. Een erg interessant gebied om te onderzoeken dus!

Een speciale focus van de campagne ligt op de invloed van langdurige hitte en droogte op het gebied. Dat is erg relevant, gezien we dat soort scenario’s steeds vaker kunnen verwachten vanwege klimaatverandering. De data die we hiermee verzamelen wordt gebruikt om onder andere weer- en klimaatmodellen mogelijk te kunnen verbeteren, en is daarom ook voor bijvoorbeeld Nederland relevant.

Wat was jouw rol binnen het veldwerkproject?

Het veldwerkproject was verspreid over vele locaties, voor het Nederlandse team (een samenwerking tussen Wageningen University & Research, TU Delft en Universiteit Utrecht) was dit een veld alfalfa, een snelgroeiende kiemgroente. Dit veld werd kunstmatig geïrrigeerd en konden we 4 weken lang één hele groeicyclus volgen. Als lid van het Nederlandse team beheerde ik de DTS-instrumenten. DTS staat voor distributed temperature sensing. Deze apparatuur kan temperatuur meten langs een glasvezelkabel, op ongeveer elke 10 cm, elke seconde. Dat maakt het een mooie toevoeging op de campagne, omdat je veel meer temperatuurmetingen kan doen tegelijkertijd dan met normale meetapparatuur, die vaak maar op één specifieke plek staat. Zo hebben we bijvoorbeeld de glasvezelkabel in een 50 meter hoge mast gehangen, ingegraven in de grond, en horizontaal opgehangen om zo temperatuur scintillaties te meten (de ‘golfjes’ die je bijvoorbeeld boven het asfalt ziet als het erg warm is). Deze ‘golfjes’ meten is echt nieuw en nog niet eerder gedaan, wat het extra gaaf maakt!

Herkende je ook onderwerpen vanuit je studie tijdens het veldwerkproject?

Binnen de MSc Environmental Engineering volg ik een track die gefocust is op de waterkringloop, het weer en de klimaat daaromheen. Eigenlijk houden we ons dus bezig met de energiehuishouding van de aarde; van de grond tot en met de wolken. Hier leren we bijvoorbeeld hoe de zon invloed heeft op het oppervlak van de aarde en waarom er daardoor juist wel of geen wolken gevormd kunnen worden. Dat sluit dus perfect aan op onze doelen van het veldwerk in Spanje!

Waar keek je van tevoren het meest naar uit?

Mijn handen uit de mouwen steken! Na een jaar theoretische vakken te volgen, vaak vanuit huis vanwege corona, had ik heel veel zin om ‘in het echt’ iets te gaan doen en om te leren hoe het eraan toegaat in het veld in mijn vakgebied.

Wat is het belangrijkste dat je hebt geleerd?

Er zijn zo veel dingen waar je aan moet denken om een goede meting te kunnen doen. Het is niet alleen maar een apparaat in een stopcontact stoppen en dan wachten tot je je metingen hebt. Hoe installeer je alles zodat het 3 weken lang in weer en wind en planten en dieren kan overleven? Zo heb ik iedere ochtend heel vroeg de rondes gedaan langs de glasvezel kabel of alles nog op zijn plek zat en om te controleren of er geen muizen aan de kabels geknabbeld hadden. Hierbij moest ik steeds blijven itereren hoe je iets slim opbouwt, zodat als er een onderdeel kapot gaat, de rest van de opstelling nog kan blijven meten. Of nog beter, hoe zorg je ervoor dat het niet kapot gaat in de eerste plaats? Maar ook met het oog op de toekomst: Hoe verzamel je data op zo’n manier dat het compleet is en je het na een paar maanden ook nog begrijpt? Je kan na de meetcampagne niet even terug naar Spanje om iets over te doen of opnieuw te checken. Dat soort praktische vragen waren dagelijkse kost en ik denk dat dat een hele goede aanvulling is op mijn master. Dus daar ben ik erg blij mee!

Waar heb je het meest van genoten?

Ik ben 3 weken lang bijna alleen maar buiten geweest. We startten vaak ’s ochtends vroeg om te proberen de hitte te vermijden, maar mocht er iets onverwachts kapot gaan kon je zo maar tot ’s avonds nog op het veld zijn. We waren 7 dagen in de week bezig, omdat de metingen continu werden gedaan en je niet alles even een dagje kon laten staan. Ondanks dat dit vermoeiend klinkt, kreeg ik er juist heel veel energie van om onderdeel te zijn van het Nederlandse team. Je leert andere wetenschappers met dezelfde interesse en passie goed kennen en we hadden zelfs af en toe wat tijd om op bezoek te gaan bij andere teams om zo nog meer te leren.

Wat zal je bijblijven?

De enorme schaal van de campagne en de hoeveelheid mankracht die daarbij komt kijken zal ik niet snel vergeten. Wij als ‘de Nederlanders’ stonden naast ‘de Fransen’. ‘De Engelsen’ waren op een half uurtje rijden, terwijl vliegtuigen van NASA, ESA, Meteo France overvlogen voor metingen en overal in het veld namen Duitsers, Tsjechen, Italianen, Spanjaarden metingen. Het was één grote samenwerking, waarbij je met zijn allen als gezamenlijk doel had om zo’n nauwkeurig mogelijke beschrijving van het gebied te maken. Dat maakte deze meetcampagne ook uniek.

Hoe gaat het project nu verder?

Verspreid over heel Europa zijn nu, net als ik in Delft, onderzoekers bezig met het analyseren van de data van de meetcampagne en het draaien van modellen rondom deze data. De dataset die we verzameld hebben in Spanje is de meest uitgebreide in de wereld op dit moment. Zodoende is het doel en de hoop dat we hier veel nieuwe relaties in kunnen ontdekken die kunnen leiden tot beter begrip van dit soort complexe systemen. Dit moet bijdragen aan het maken van betere klimaatmodellen waarmee we ons hopelijk kunnen voorbereiden op dingen als zwaardere regenbuien en overstromingen, langere periodes van droogte en meer bosbranden, zoals we die nu zien in het veranderende klimaat.

Wat zijn je eigen plannen?

Ik ben de komende maanden bezig met het analyseren van alle data die ik in Spanje heb verzameld en ga daar dan mijn thesis over schrijven. Als ik afgestudeerd ben, wil ik graag in dit vakgebied aan het werk blijven, met een baan waar ik veldwerk kan blijven doen.