Duurzaamheid is een werkwoord

Nieuws - 03 mei 2019

Onze producten doorgaan, vóórdat we ze kopen, een aantal fases waarin steeds waarde wordt toegevoegd. Van auto’s en wasmachines tot laptops en smartphones. Ieder product begint als een verzameling ruwe grondstoffen. Deze moeten eerst uit de grond gehaald worden. Vervolgens beginnen er complexe verfijn-, fabricatie- en transportprocessen. Grondstoffen worden materialen, materialen worden onderdelen, onderdelen worden producten.

Tekst: Marc de Kool. Portret: Sam Rentmeester. Illustraties: Liesbeth van Dam.

Wij kopen een product, gebruiken het, en doen het weg. Hopelijk kan een gedeelte gerecycled worden, maar een overgroot deel eindigt als afval. Alle waarde die eraan is toegevoegd raakt verloren. Zowel het proces van grondstof tot product, als het uiteindelijke afval draagt voor een groot deel bij aan onze klimaatproblematiek: van uitstoot van broeikasgassen tot plastic soep in onze zeeën en oceanen. 

Kersverse professoren Ruth Mugge en Conny Bakker beargumenteren dat er veranderingen nodig zijn in de manieren waarop wij onze producten en diensten ontwerpen. Ze zien veel gebieden waarop onderzoek en verbetering nodig is, met design als cruciaal onderdeel. “Dé waarde van design”, zegt Ruth Mugge, “is onze focus op de mens. Die is cruciaal in onze zoektocht naar duurzaamheid.” Conny Bakker vult aan: “Dit breiden we steeds meer uit naar stakeholders in de hele samenleving en economie. We brengen als ontwerpers en onderzoekers perspectieven bij elkaar om tot nieuwe, bruikbare ontwerpen te komen.”

Waar begin je?

Professoren Bakker en Mugge onderzoeken binnen hun leerstoelen design voor duurzaamheid op de faculteit Industrieel Ontwerpen in Delft, naast verschillende duurzaamheidsonderzoeken van andere collega’s. Ze zijn betrokken bij grote Europese duurzaamheidsprojecten en begeleiden Bachelor-, Master- en PhD-studenten. De door studenten en mede-onderzoekers meestgestelde vraag is: waar moet ik beginnen?

Conny lacht als ze erover spreekt. “Ik zeg dan altijd: ergens. Begin waar jij denkt dat jij een impact kan hebben met jouw expertise en nieuwsgierigheid. Zodra je bent begonnen, zal je vrijwel onafgebroken leren, aanpassen en verbeteren.” Ruth: “Duurzaamheid bestaat uit zoveel verschillende onderdelen. Teveel focus op wat je allemaal níet oplost met jouw onderzoek of ontwerp is niet constructief. Begin met wat je weet, en werk vanuit daar verder.”

Conny Bakker & Ruth Mugge

Na haar promotieonderzoek naar milieu-informatie voor ontwerpers in 1995 werkte Conny bijvoorbeeld met grote bedrijven als Océ en Ahrend. “Ik wilde methodes voor duurzaam ontwerp en productie echt inpassen bij bedrijven. Door strategisch na te denken over design wilde ik een impact maken.”

Ruth stroomde vanuit haar studie direct door naar PhD-onderzoek over producthechting. "Waarom en hoe hechten wij ons aan de dingen die we kopen? Hoe kun je doelbewust hiervoor ontwerpen? Maar productperceptie gaat nog zoveel verder. Ik kwam er bijvoorbeeld in een onderzoek achter dat mensen denken dat zwarte wasmachines veel ingewikkelder zijn dan witte, zelfs als deze op de kleur na exact hetzelfde zijn. De manier waarop producten ontworpen zijn, beïnvloedt ons koop- en consumptiegedrag.”.

Contradictio in terminis

We zien nu wel in dat oneindig kopen en consumeren gewoonweg niet haalbaar is. “Maar je kunt niet van mensen vragen om compleet te stoppen met consumeren”, stelt Ruth. “En daar zit nu mijn fascinatie. Hoe kun je met het ontwerp van je product, juist duurzaam consumentengedrag, zoals hergebruik van producten, reparatie en langere levensduur stimuleren? Ik geloof dat je consumenten juist als katalysator moet zien voor een circulaire economie en een duurzamere wereld”.

Conny: “Vanuit onderzoek naar duurzame systemen is het noodzakelijk dat we als designers de confrontatie aangaan met consumptie. Consumenten hebben gezamenlijk, als blok, veel macht. Individuele of kleinschalige duurzaamheidsinitiatieven zijn bewonderingswaardig, maar designers moeten zich er meer van bewust worden welke kracht ze aanspreken als ze ontwerpen voor een systeemverandering van consumptie. Zoals sociale normering bijvoorbeeld, waarbij duurzame consumptie zo normaal wordt gezien als je afval opruimen.”

Studenten voor een duurzame toekomst

Het bewustzijn van jonge mensen is in de periode dat Ruth en Conny hun academische carrière maakten verschoven. “Het wordt nu door onze studenten als vanzelfsprekend gezien om duurzaam te ontwerpen”, vertelt Ruth. En hier zit precies de crux. Conny: “Het argument is vaak dat duurzaamheid overal in moet zitten. Maar basiskennis is hierbij noodzakelijk. Zie het als wiskunde: dit is nodig bij alle opleidingen aan TU Delft, maar je moet een bepaalde basis hebben om hiermee te kunnen werken. Voor duurzaamheid zijn dat basisprincipes zoals Levenscyclusanalyse.”

Bij de aanstaande vernieuwing in het BSc curriculum komt nog explicietere aandacht voor duurzaamheid in een groot apart vak. “Daarmee geven we onze studenten gereedschap om niet alleen een niet-plastic product te ontwerpen, maar juist een geheel duurzaam systeem. In de opvolgende Masteropleidingen werken ze dit verder uit”, aldus Conny.

'There Are Good Looking Crappy Things': Ruth Mugge in de IDE Stories Podcast 'Out of the Blue'.
'Dancing with systems in design for sustainability': Conny Bakker in de IDE Stories Podcast.

Internationale impact

Beide professoren zijn momenteel betrokken bij een aantal grote Europese onderzoeksprojecten in het Horizon2020 programma. Voor Ruth is dat het PROMPT-project, wat zeer recentelijk van start ging. “Het doel van dit project is het ontwikkelen van een testprogramma voor premature obsolescence. Dit is de notie dat producten sneller worden afgedankt dan we, met oog op duurzaamheid, zouden willen. Daarbij komen een aantal  vragen op: ‘waarom willen consumenten steeds iets nieuws en kunnen we dit door middel van design voorkomen?’ Doordat er ook een aantal consumentenorganisaties direct betrokken zijn, kunnen we met dit onderzoek directe impact genereren.”

Conny is onder andere betrokken bij het ReCiPPS project, waarbij onder meer de Duitse auto-onderdelenfabrikant Bosch en de Sloveense witgoedfabrikant Gorenje (onder andere ATAG valt hieronder) zijn aangesloten. “We richten ons op circulaire bedrijfsmodellen en producten. Hoe kunnen fabrikanten bijvoorbeeld veel efficiënter remanufacturing inzetten om hun grondstofverbruik te verminderen?” Van het onderzoek met Gorenje gaan Conny’s ogen schitteren: “Hierbij gaat het zowel om hun producten als hun businessmodel. Om te beginnen: een pay-per-wash systeem verkopen, waar je betaalt per gedraaide was. Dit heeft natuurlijk weer invloed op hoe het product in elkaar zit, en je bedrijfsplan als wasmachinefabrikant. De Nederlandse startup Homie, waarmee ook Ruth onderzoek doet, is bij dit project betrokken.”

Dit soort onderzoeken leiden tot nieuwe inzichten en kennis over design voor duurzaamheid. “Met Gorenje zijn we momenteel bezig voor een volgend project, samen met collega’s van de faculteit Civiele Techniek & Geowetenschappen hier aan TU Delft. We willen met een testopstelling het gebruik van grijs water in wasmachines, gerecycled uit bijvoorbeeld je douche onderzoeken.”

Sustainable design for our Future

Beide hoogleraren maken zich hard voor een circulaire economie. “En de grond daarvoor is vruchtbaar”, vertelt Ruth. “Van afstudeerders tot bedrijven en onderzoekpartners, we merken overal de drang naar duurzaamheid.” Conny: “Als universiteit moeten we ver voor de muziek uitlopen. We moeten meer demonstrators ontwikkelen van mogelijke verbeteringen. Methodes ontwikkelen voor daadwerkelijk duurzaam ontwerp. Onze materialen leren herwaarderen. Want ondanks de verdere digitalisering gebruikt alles nog steeds grondstoffen. We moeten laten zien wat de gevolgen zijn van het bereiken van onze limieten.”

“Duurzaamheid is geen probleem wat we kunnen oplossen. Het is een continue proces van verbeteren.” Zie het als een relatie: geen puzzel die je oplost om er dan klaar mee te zijn. Je werkt er iedere dag aan, met aandacht. Duurzaamheid is een werkwoord.