Plattelandsgemeenten zien jongvolwassenen vaak vertrekken, maar die trend is te keren. Herbestemming van stallen kan woon- en werkruimte opleveren en culturele festivals zorgen voor reuring, constateert Maarten Koreman in zijn promotieonderzoek. Want veel jongeren willen helemaal niet weg. 

Op het platteland staan veel veestallen leeg en dat zal in de toekomst alleen maar toenemen. Moet je die allemaal slopen? Zeker niet, bewijzen recente herbestemmingen. Zo kreeg de voormalige veehouderij Mouthoeve in het Brabantse Boekel een brasserie in het woongedeelte, kantoorruimtes in de veldschuur en een winkelstraatje in de voormalige koeienstal. In het Overijsselse Raalte veranderde een varkensboerderij in een landbouwinnovatiecentrum annex kantoor- en vergadercomplex voor startups. Het leverde de twee plattelandsgemeenten, die beide een zeer actief gemeentebestuur hebben, werkgelegenheid op die interessant is voor jongvolwassenen. “Als er ook nog passende huisvesting bij komt in de omgeving, werken zulke ontwikkelingen als een magneet voor jonge mensen”, zegt onderzoeker Maarten Koreman. “Want zij willen gráág op het platteland wonen.”

Huisbezichtigingen

Uit een enquête die hij uitvoerde onder jongvolwassenen, blijkt dat veel van hen in de toekomst graag buiten de stad willen wonen. Ruimte, rust en natuur spreken hen aan. Het Nederlandse platteland heeft dan ook niet te maken met massaal vertrek van jongeren uit vergrijzende dorpen, zoals in Frankrijk. Toch moeten jonge mensen de nodige hindernissen overwinnen om hun droom te verwezenlijken. Anders dan in steden gaat het daarbij niet om de hoge huizenprijzen, maar om te weinig beschikbare woningen. “Veelgehoorde opmerking is dat je bij de weinige huisbezichtigingen al je vrienden tegenkomt”, zegt Koreman. 
De woningvoorraad in landelijk gebied is dus beperkt en er komt weinig nieuwbouw bij. Op sommige plaatsen is woningbouw zelfs verboden. Aangezien er door aangescherpte stikstofregelgeving meer leegstand aankomt, is er alle reden om na te denken over de toekomst van bestaande boerenlocaties, constateert hij. Oude veestallen met een gemetselde constructie zijn soms te transformeren tot appartementen. Stallen die na 1965 zijn gebouwd zijn daarvoor veelal ongeschikt. Maar vervanging door woningen kan vaak wel, onder de zogenoemde ‘ruimte-voor-ruimte’ regeling. Zelfs als er geen woonbestemming op rust. 
Een andere hindernis is het gebrek aan werkgelegenheid op het platteland. Voor een baan bij de Rijksoverheid of in de financiële sector moet je echt in de stad zijn. Toch zijn sinds de pandemie meer jongvolwassenen naar het platteland verhuisd, omdat Teams en Zoom werken op afstand mogelijk maakte. Transformatie van stallen tot kantoor- of bedrijfsruimte biedt hier ook kansen.

Festivals

Het gebrek aan cultuuraanbod is een andere drempel voor jonge mensen om zich buiten de stad te vestigen. Toch klopt het idee niet dat alle muziek, theater en festivals geconcentreerd zijn in de stad, constateert Koreman. Er zijn steeds meer plattelandsevenementen die veel publiek trekken, óók uit de steden. Sommige buitengebieden weten er hun ‘negatieve’ imago mee af te schudden. Zo heeft het Oost-Groningse Oldambt zich met festivals als ‘Grasnapolsky’, ‘Waterbei’ en ‘Hongerige Wolf’ aardig op de kaart gezet. “Het draagt bij aan een gevoel van trots op een gebied en maakt het voor stadsbewoners aantrekkelijker als vestigingsplaats.”

Politieke vertegenwoordiging

Jonge mensen hebben zelf een verantwoordelijkheid om evenementen op poten te zetten, constateert hij, en die handschoen pakken ze op veel plaatsen op. Maar de overheid zou ook wel een handje mogen helpen. Cultuursubsidies gaan voor het overgrote deel naar de Randstad. Onterecht, vindt hij, want in de buitengebieden van ons land wonen misschien wel evenveel mensen. Hij constateert dat de ongelijke verdeling te maken heeft met de zware oververtegenwoordiging van de twintig verstedelijkte regio’s in het landsbestuur. 
Een Rijksprogramma als ‘Regio Deals’, dat een stimulans geeft aan achterblijvende gebieden, zorgt voor bescheiden correcties, maar gaat toch voor een groot deel naar stedelijke gebieden. Er bestaan ook ideeën om via kiesstelselherzieningen tot een betere vertegenwoordiging van landelijke regio’s te komen in het landsbestuur. “Het is afhankelijk van dergelijke politieke keuzes of de bewoonbaarheid van plattelandsgebieden de komende decennia verbetert”, constateert Koreman. “Feit is dat de belangstelling van jongvolwassenen voor wonen in de regio niet is verdwenen. Hun toekomstdromen verdienen meer aandacht.”

Gepubliceerd: maart 2024

Meer informatie

  • Op 12 april 2024 verdedigt Maarten Koreman zijn proefschrift ‘Rural futures for young adults: Rural development and regeneration in the Netherlands’.
Headerbeeld: copyright van fotograaf Jan Lenting

Maarten Koreman

Staff page