Bij discussies over de wooncrisis in Nederland zijn ouderen een favoriet onderwerp. Ze zijn een steeds groter deel van de bevolking, ze wonen in ongeschikte huizen, ze zijn eenzaam… Toen Gijs van Duren op zoek ging naar een onderwerp voor zijn MSc thesis, viel hem iets op. “Men zegt vaak dat ouderen moeten doorverhuizen, maar naar hun mening wordt bijna niet gevraagd.” Dus daagde hij zichzelf uit om ter afsluiting van zijn studie iets nieuws te proberen: sociaal onderzoek. 

Als startpunt gebruikte Gijs de data uit Woononderzoek Nederland. Deze enorme enquête wordt elke drie jaar uitgezonden naar tienduizenden deelnemers. Gijs analyseerde de gegevens van de leeftijdsgroep 55-74, de zogenaamde ‘jonge ouderen’ (JO), en vatte hun woonwensen samen. Hij stuitte meteen op het feit dat 70% van de respondenten niet wilde verhuizen binnen 5 jaar. “Ik had verwacht dat veel JO vastzaten in ongeschikte huizen na het vertrek van hun kinderen. En uit de data blijkt inderdaad dat ze meestal meer kamers hebben dan nodig. Maar toch willen ze niet weg!”

Zou je binnen 5 jaar willen verhuizen? Ruim 70% van jonge ouderen zegt nee.

Gijs van Duren

Waar komt die aversie vandaan? Gijs had meer inzicht nodig. Een advertentie in de nieuwsbrief van Vereniging Eigen Huis leverde 120 reacties op, en daaruit volgden 9 interviews. “Het eerste wat ik hoorde was elke keer: er is gewoon te weinig aanbod.” Geen rare klacht tijdens een wooncrisis, maar bij doorvragen bleek dat veel JO eigenlijk nauwelijks op zoek waren. En zelfs als ze wel zochten: “Ze hebben erg specifieke eisen: tevredenheid met hun huidige woning is namelijk erg hoog.” Hoe krijg je deze eigenzinnige doelgroep toch enthousiast over verhuizen?

Ouderen zijn over het algemeen erg tevreden met hun woning.

“Het ideaal zou zijn een soort ouwe knarrenhofje”

De belangrijkste stap is om in te spelen op hun wensen. Gijs: “55- tot 65-jarigen willen vaak ruime woningen in landelijk gebied. 65- tot 75-jarigen hebben juist liever een gelijkvloers appartement in de stad, dichtbij voorzieningen.” Lokaal bouwen is cruciaal, want veel JO zijn gehecht aan hun omgeving. Zo zegt een echtpaar over verhuizen: “Ik zou niet meer van deze plek weg willen, [dus] aan de overkant is super.” En sommigen willen wel collaboratief wonen met andere ouderen, terwijl anderen liever deel uitmaken van een gemixte buurt. Een man van rond de 60 zegt: “Zo’n hofje met ouderen lijkt wel aardig, maar dan praat je alleen nog maar over de Rolling Stones. Als je met jongeren in contact blijft, dan blijf je zelf iets jonger.”

“Zullen die nieuwbouw-woningen wel geschikt zijn voor mij?”

Meer geschikte woningen bouwen is natuurlijk een inkoppertje, maar vervolgens moeten we JO ook helpen met informatievoorziening. Gijs: “Bij nieuwbouw hopen JO vaak dat er iets geschikts tussen zit, maar als ze geen specificaties horen dan gaan ze niet plannen of inkopen.” Hij denkt dat gemeenten hierop in kunnen spelen door bijeenkomsten te organiseren, of flyers te verspreiden met tips voor zoeken. Gijs: “Of huur speciale senior-makelaars in om op eigen initiatief JO te benaderen die ongeschikt wonen.”

Een senior-makelaar kan helpen met zoeken naar een nieuwe woning en de logistiek rondom verhuizen. (bron: Pexels)

“Een bedrijf dat zegt: als je wilt verhuizen, wij regelen alles”

Verhuizen is een enorme klus, en dat geldt al helemaal voor deze leeftijdsgroep. Gijs raadt aan om die barrière te verlagen door het aanbieden van fysieke en organisatorische hulp. Schilderen en vloeren leggen, maar ook nieuwe contracten voor gas en elektriciteit. Een 65+ koppel somt het op: “Wij willen dat er één bedrijfje is of één persoon die zorgt dat de spullen die hier staan wegkomen, gesprekken voert met de makelaar, de planning maakt, de meubels kiest, en de Ziggo regelt.”

“Wat mijn humeur verpest is een Vereniging van Eigenaren”

Tot slot kwam Gijs nog een verrassend bezwaar tegen. In Nederland krijgen bewoners van appartementen standaard te maken met een Verenigingen van Eigenaren, en daar hadden meerdere JO geen zin in. Niet alleen vanwege de contributie (vrouw: “De bijdrage ging in 10 jaar tijd van € 300 naar € 1.000 per maand.”), maar vooral ook omdat een appartementenblok vaak voor meer dan de helft in handen is van een wooncorporatie, die daardoor alle beslissingen kan maken. Een oplossing kan zijn om blokken op te delen in kleinere VvE’s, waardoor de stem van JO niet verloren gaat. Of zorgen dat JO vaker een meerderheid vormen in hun appartementencomplex.

Ouderen zien het meestal wel in als hun woning minder geschikt is. 

Moeilijk, maar niet onmogelijk

Met al deze eisen en wensen lijkt het misschien alsof we voor een onmogelijke opgave staan, maar dat is niet Gijs’ conclusie. “Veel JO staan toch open voor verhuizing, vanwege toenemende gezondheidsproblemen en ongeschikte leefomstandigheden.” Een man van 70+ illustreert: “Het schilderwerk deed ik altijd zelf, maar het begint een beetje lastig te worden om op een ladder van 7 meter te gaan staan.” Dus met de juiste mix van aanbod en hulp moet het mogelijk zijn om de oudere generatie te helpen en tegelijkertijd hun ‘eigen paleisjes’ vrij te spelen.

Gepubliceerd: april 2024

Meer informatie

Gijs’ volledige eindverslag, ‘Facilitating a move for the young Elderly’, is terug te vinden in de TU Delft Repository. 

De banner is van Unsplash, door Laura Thonne. Afbeelding 1 is van Unsplash, door Serhat Beyazkaya. Afbeelding 2 is van Pexels, door Antoni Shkraba. Afbeelding 3 is gegenereerd met AI.

Gijs van Duren